Overslaan en naar de inhoud gaan
search

Slingeland heeft lage sterftecijfers

Gepubliceerd op: 12 oktober 2021

Lager dan landelijk gemiddelde en de verwachte sterfte

Ziekenhuizen zijn verplicht om het aantal opgenomen patiënten dat overlijdt jaarlijks te registreren. Deze zogeheten sterftecijfers worden landelijk verwerkt. In het Slingeland Ziekenhuis blijkt de sterfte lager te zijn dan de verwachte sterfte en het landelijk gemiddelde. 

Sterftecijfers in ziekenhuizen geven een indicatie over de kwaliteit van zorg in een ziekenhuis. Maar dan is het wel van belang dat alle ziekenhuizen op dezelfde manier registreren. Anders kun je geen eerlijke vergelijking maken.

 

Daar komt nog wel het een en ander bij kijken, leggen Paco Heijmans en Ingrid de Ronde uit. Paco Heijmans is anesthesioloog en pijnspecialist, en tevens voorzitter van de dossiercommissie. Dit is de commissie die zich bezighoudt met de analyse van de sterftecijfers en kijkt wat we daarvan kunnen leren. Ingrid de Ronde is teammanager Zorgadministratie. Daaronder vallen de medisch codeurs, die zorg dragen voor een goede registratie van de gegevens.

Dossiercommissie

Even voor de duidelijkheid: bij de sterftecijfers gaat het om patiënten die opgenomen zijn (een dagopname of voor meerdere dagen) en komen te overlijden. Paco Heijmans gaat terug in de geschiedenis. "Zo'n acht jaar geleden kwam naar voren dat het Slingeland Ziekenhuis hogere sterftecijfers zou hebben dan het landelijk gemiddelde. Dat hebben we als ziekenhuis uiteraard serieus genomen. Er werd een dossiercommissie ingesteld, die moest onderzoeken hoe het precies zat. In die commissie zat en zit een brede vertegenwoordiging vanuit het ziekenhuis, met onder andere medisch specialisten, een medisch codeur en een medewerker kwaliteit & veiligheid."

Tot welke bevinding kwam de dossiercommissie? "Dat de registratie niet altijd goed werd uitgevoerd, waardoor de sterftecijfers hoger leken dan ze in werkelijkheid waren. Dat probleem hebben we aangepakt. Daardoor gebeurt het registreren nu wél goed, al sinds enkele jaren. En daaruit blijkt dat de sterftecijfers in het Slingeland Ziekenhuis juist beter zijn dan het landelijk gemiddelde."

Registratie en vergelijk

Hoe zit het dan precies zit met die registratie? En waardoor leken destijds de sterftecijfers hoger dan ze in werkelijkheid waren?

Om dat laatste duidelijk te maken, legt Ingrid de Ronde eerst uit hoe de registratie werkt. "Stel een patiënt wordt opgenomen. De reden waarom de patiënt wordt opgenomen, is de hoofddiagnose. Deze wordt geregistreerd door de arts. De hoofddiagnose is bijvoorbeeld een longontsteking. Uit onderzoek is bekend welk percentage van de mensen die met een longontsteking worden opgenomen daar in het ziekenhuis aan overlijdt. Dit percentage noemen we de verwachte sterfte."

Het ziekenhuis houdt bij welke patiënten overlijden en welke diagnose deze patiënten hebben gekregen. Deze gegevens gaan naar Dutch Hospital Data (DHD, zie kader). "DHD zet het percentage patiënten dat overlijdt af tegen de verwachte sterfte bij die diagnose. Dit vergelijkende cijfer heet de HSMR. Dat staat voor Hospital Standardized Mortality Ratio. De HSMR laat zien in hoeverre in jouw ziekenhuis meer of minder patiënten overlijden ten opzichte van de verwachte sterfte."

Onderliggend lijden

Maar hoe kon het dat destijds de sterftecijfers hoger leken dan ze in werkelijkheid waren? Paco Heijmans legt uit: "Een deel van de patiënten die worden opgenomen, heeft zogeheten onderliggend lijden. Dus een patiënt wordt opgenomen voor een longontsteking (hoofddiagnose), maar heeft bijvoorbeeld ook een hartkwaal. Dat heet een onderliggend lijden en dit kan de kans op de overlijden vergroten, ook al is dat onderliggend lijden niet de reden voor opname. Daarom is het van belang dat een onderliggend lijden ook wordt geregistreerd. Dit heet een nevendiagnose."

Uit het onderzoek van de eerder genoemde dossiercommissie bleek dat deze nevendiagnoses niet altijd consequent werden geregistreerd. "Daardoor leken onze sterftecijfers destijds onterecht hoog ten opzichte van de verwachte sterftecijfers."

Rond 90 procent

Zoals gezegd is inmiddels de registratie goed geregeld en staat deze als een huis. "Tijdens haar onderzoek kwam de dossiercommissie ook verbeterpunten in de zorg tegen. Die zijn meteen aangepakt", zegt Paco Heijmans. "De laatste jaren blijken onze sterftecijfers beter dan de verwachte sterftecijfers. Onze HSMR schommelt steeds rond de 90 procent. Dus ons sterftecijfer is 90 procent van de verwachte sterfte. Ook is deze lager dan het landelijk gemiddelde van de ziekenhuizen."

Dat is goed nieuws. "Maar geen reden om nu achterover te gaan leunen", stelt Paco Heijmans.

"Het kan altijd beter. Natuurlijk zijn we blij met deze cijfers en ze inspireren ons om het nog beter te doen."

De gang van zaken rond gegevens

In het ziekenhuis wordt de registratie (zoals hoofd- en nevendiagnose) in het patiëntendossier gedaan door de medisch specialisten. Deze en andere gegevens gaan naar het team medisch codeurs, dat vier medewerkers telt. Zij coderen de diagnosegegevens volgens internationale richtlijnen. De gegevens worden vervolgens aangeleverd aan Dutch Hospital Data (DHD), die alle aangeleverde data van ziekenhuizen verwerkt en publiceert.

Laatst bijgewerkt op: 02 mei 2022

Direct naar

Klinisch verloskundige Dewi Timmer geeft de zwangere Loes Fransen instructies over het mobiele CTG-apparaat.
Slingeland start met thuismonitoring zwangere vrouwen