Traumachirurg introduceert 3D-operatietechniek in Slingeland
Na polsbreuk hand weer goed gebruiken dankzij 3D-mal
Gepubliceerd op: 09 februari 2024Zo’n twee keer per dag komt er iemand met een polsbreuk binnen op de Spoedeisende Hulp, meestal met een goede afloop na behandeling. Maar patiënten bij wie de breuk niet goed herstelt, kunnen sinds dit najaar in aanmerking komen voor een nieuw type operatie in Slingeland. Traumachirurg Ivo Beetz vertelt erover.
“Juist als chirurg moet je openstaan voor nieuwe technieken, maar wel met een kritische blik. Deze techniek is wat we noemen state of the art en voor patiënten in Slingeland is hier zeker winst mee te behalen”, vertelt Ivo Beetz enthousiast. Als traumachirurg ziet hij veel botbreuken voorbijkomen. Daarvan is een polsbreuk de meestvoorkomende breuk op de Spoedeisende Hulp.
Vaak zijn het kinderen of 75-plussers die na een val op een uitgestrekte hand hun spaakbeen en soms ook ellepijp breken. Ivo Beetz: “Bij een breuk met een ‘matige stand’ volgt er een operatie met een plaat en schroeven. Maar in veel gevallen is een behandeling met gips mogelijk. Na een week is er een controle van de stand van het bot, en als die goed is gaat de patiënt opnieuw voor vier weken in het gips. Daarna volgt een revalidatietraject, vaak onder de begeleiding van een fysiotherapeut, van zes tot negen maanden. Maar bij sommige patiënten geneest het bot niet in de goede stand en heeft een patiënt last van pijn of een beperking in het bewegen.”
Nog nauwkeuriger
Patiënten bij wie dit herstel niet goed verloopt, kunnen nu in aanmerking komen voor de 3D-operatie. In het najaar voerde Ivo Beetz die operatie voor het eerst in het Slingeland uit, samen met een collega-chirurg uit het Radboudumc. Bijzonder aan de operatie is dat ze gebruik maken van een exact op maat gemaakte mal. Die mal komt uit de 3D-printer van een gespecialiseerd bedrijf in Ede. “Voorheen gebruikten we als chirurg de röntgenfoto’s en ons timmermansoog om te bepalen, plastisch gezegd, waar we het bot moesten doorzagen om de breuk beter te kunnen herstellen. Ook dat ging uiteraard goed, alleen bepalen we dankzij de mal nóg nauwkeuriger waar we dat moeten doen en is de kans op goed herstel van de hand nog groter.”
Gezondheidswinst
De eerste patiënt die dit najaar in aanmerking kwam voor de operatie had aanhoudende klachten. “Deze man van in de vijftig had pijn en bewegingsklachten, omdat het bot in de verkeerde stand was vastgegroeid. Toen zijn we in gesprek gegaan over een operatie, toch een traject met veel impact, omdat je als patiënt al een jaar aan je herstel hebt gewerkt. Als je ermee instemt, volgt een operatie en moet je opnieuw in het gips en weer revalideren”, legt de medisch-specialist uit.
“Natuurlijk maak ik als chirurg een goede inschatting van de gezondheidswinst, maar garanties zijn er bij geen enkele operatie. Uiteindelijk neemt de patiënt zelf de beslissing.” In het geval van deze man pakt de operatie zoals verwacht goed uit. “Nu bijna twee maanden later herstelt zijn pols goed, kan hij hem al verder buigen en strekken dan voorheen en heeft hij minder pijn. Over tien maanden weten we of het helemaal geslaagd is.”
Aandenken
Ivo Beetz verwacht dat in het Slingeland vijf patiënten per jaar geholpen kunnen worden met deze operatietechniek (zie in kader meer uitleg over hoe de operatie in zijn werk gaat). De kosten voor de zorg blijven ongeveer gelijk. “Maar het levert maatschappelijk zeker veel op, omdat het de gezondheid en het functioneren van de patiënt ten goede komt en mogelijk arbeidsongeschiktheid wordt voorkomen.”
De eerste exemplaren van de 3D-mallen houdt Ivo Beetz zelf, als aandenken aan de eerste keer dat hij deze operatie in Slingeland uitvoerde. Na toekomstige operaties worden de mallen verzameld voor hergebruik, want ze zijn prima geschikt voor recycling.
Hoe gaat de 3D-operatie in zijn werk?
De ontwikkeling met deze 3D-techniek is al enige tijd gaande, maar voor Slingeland had traumachirurg Ivo Beetz dit najaar de primeur.
Wat houdt het traject voor de patiënt in?
Een patiënt die volgens de chirurg voor deze operatietechniek in aanmerking komt en dat ook graag wil, krijgt eerst een röntgenfoto om de standsafwijking vast te stellen. Dan volgt er een CT-scan van beide polsen, waarbij de gezonde pols een spiegel is voor de pols die geopereerd moet worden. Vervolgens gaan de scans naar het Radboudumc voor overleg.
Als een patiënt definitief geschikt is, ontwerpt de Nijmeegse collega Vincent Stirler met speciale software een 3D-afbeelding en een planning voor de operatie. Een gespecialiseerd bedrijf in Ede print de 3D-mallen die in het Slingeland steriel worden gemaakt. “Uiteindelijk willen we de software ook in Slingeland zelf gaan gebruiken.”
Tijdens de operatie dient de mal als hulpmiddel. Chirurg Beetz plaatst de eerste mal op het spaakbeen, die exact past omdat die dankzij de CT-scan virtueel op het bot van die patiënt is afgemeten. Door de voorgevormde gaten in de mal boort de chirurg nauwkeurige gaten voor de schroeven.
Vervolgens wordt de tweede mal op het bot gelegd. Dankzij een inkeping in de mal weet de chirurg op de millimeter precies waar hij moet zagen. Daarna kunnen het gebruikelijke plaatje en de schroeven in de pols en wordt het gat opgevuld met kalkblokjes of donorbot elders uit het lichaam, waar het bot weer aan vastgroeit. Daarna kan de patiënt beginnen aan zijn herstel.
Laatst bijgewerkt op: 12 februari 2024